
Myriam Van den Eynde wordt moe van het altijd maar meer moeten. Als zelfs een Spaanse mystica uit de 16e eeuw haar vertelt dat groei noodzakelijk is, vraagt ze zich af: mag het ook minder?
Stilstaan is achteruit gaan. Het klinkt als de mantra van ons door groei geobsedeerde economisch systeem. Het zou als motto kunnen prijken op de homepage van een website die nascholingstrajecten aanprijst voor professionals met ambitie of het zou het terugkerend refrein kunnen zijn in de toespraak van een ceo die aan zijn werknemers een volgende fusie aankondigt.
Ik vond de quote op een verrassende plek. Wellicht heeft ze me daarom ook getroffen. In Innerlijke burcht (Gent, Carmelitana, 2007) waarschuwt de Spaanse mystica Teresia van Avila (1515-1582) dat wie denkt een stabiel geestelijk leven te hebben bereikt en meent enkel nog te moeten bewaren wat werd verworven, de facto al op de terugweg is. Stilstand is onmogelijk, beweert ze. Groei is noodzakelijk. Het is een wezenlijk kenmerk van elk authentiek geestelijk leven. En om te blijven groeien moet je je buiten je geestelijke comfortzone wagen.
Wat is er eigenlijk mis met middelmatigheid?
De bron mag dan onverdacht zijn, ik heb er moeite mee. Net zoals ik me er geregeld op betrap in gedachten te zuchten bij het Ignatiaanse magis. Meer dan gewoon, zo vertaalt men het dikwijls. Of niemand is veroordeeld tot middelmatigheid. Zo kan het ook klinken.
Altijd meer, altijd beter, je grenzen verleggen, uit je comfortzone stappen, de uitdaging aangaan. En dat altijd opnieuw. Ik word er zo moe van. Het klinkt als een lat die aanhoudend hoger moet. Het voelt als druk die onafgebroken op de ketel wordt gehouden. Wat is er eigenlijk mis met middelmatigheid?, hoor ik mezelf dan denken. Mag het ook wat minder?
Op mijn betere momenten besef ik dat ik op deze vraag volmondig ja mag zeggen. Ik moet zeggen wellicht omdat voor mij juist minderen buiten mijn comfortzone ligt. Minder piekeren, minder haast, minder willen, een minder volle agenda, voor de mens die ik ben zijn dat wegen naar meer leven.
Meer leven, dat is precies waartoe God ons wil verleiden. Wat aanhoudend wil groeien, is zijn leven in ons. Liefde – en dat is Hij toch – wil delen, wil mateloos geven. Daar is geen tegenhouden aan. Ze hoopt ontvangen te worden, deze liefde, maar dringt zich nooit op. Wat dus moet groeien is onze openheid, onze bereidheid tot overgave.
Wat aanhoudend wil groeien, is zijn leven in ons
Stilstaan is achteruitgaan. Het is geen dwingende eis die ons vervreemdt van wie we zijn. Het is een – altijd gebrekkige – poging te laten proeven van de wervende dynamiek van een Liefde die ons wil thuisbrengen. Magis.