Van de uittocht uit de slavernij tot de waarheid die ons vrij maakt: nu Nederland het einde van de Duitse bezetting herdenkt, staat Piet van Breemen stil bij Bijbelse bevrijdingservaringen.
Bevrijding. Vanzelfsprekend gaan mijn gedachten bij dit woord spontaan terug naar de avond van 5 mei 1945. Ik was 17 jaar oud en was de hele hongerwinter ondergedoken geweest met allerlei ontberingen en spanningen.
En nu eindelijk: vrijheid! Wat een feest, ook al vond dat dan plaats in kale armoede, maar wel met een opgelucht en bevrijd hart.
In de Bijbel is het grote bevrijdingsgebeuren de uittocht uit de slavernij van Egypte. Dat was een dramatisch gebeuren dat uitvoerig en enthousiast wordt verhaald en dat van generatie op generatie met overtuiging werd doorverteld als een (misschien wel dé) oerervaring van het joodse volk.
‘Emeth’ is iets waar je volledig van op aan kunt, waar je op kunt bouwen
In het evangelie komt de bevrijding uit een andere hoek. Jezus zegt dat de waarheid ons zal vrij maken (Joh. 8:32) en tegenover Pilatus beweert Hij met veel nadruk, dat daar de eigenlijke bedoeling van zijn komst ligt: “Daartoe ben ik geboren en daartoe ben ik in de wereld gekomen: om getuigenis af te leggen van de waarheid” (Joh. 18:37), dus om ons van de waarheid te overtuigen en om ons daardoor te bevrijden.
Men kan in deze uitspraken het woord waarheid verstaan in de betekenis die het bij ons nu heeft, en ik ben van mening, dat die uitspraken dan inderdaad juist zijn. Maar bij Jezus had het woord waarheid eigenlijk een andere betekenis dan nu bij ons. Jezus heeft in het Aramees het woordje ‘emeth’ gebruikt. Dat is eigenlijk niet helemaal juist in onze taal weer te geven. Het is diep verankerd in de joodse cultuur, en die is nu eenmaal anders dan de onze.
Emeth is iets waar je volledig van op aan kunt, waar je op kunt bouwen. Het is een woord dat absolute betrouwbaarheid uitdrukt, dat een onwankelbare grondslag aanduidt.
Misschien kun je dit woordje vrij, maar heel juist omschrijven met: onvoorwaardelijke liefde van God. Ik meen, dat het dan precies klopt.
Als we ons onvoorwaardelijk bemind weten, kan ons niets gebeuren
Jezus is ten diepste gekomen om ons de liefde van de Vader te openbaren. Daarvoor heeft Hij geleefd en daarvoor is Hij uiteindelijk ook gestorven. En als deze boodschap inderdaad bij ons aankomt, dan worden we vrije mensen. Als we ons onvoorwaardelijk bemind weten met een liefde die aan geen voorwaarden gebonden is, en die dus nooit verloren kan gaan, dan kan ons niets gebeuren. Of beter: wat ons dan ook overkomt, die liefde blijft, en daarmee blijft dan toch het allerbelangrijkste in ons leven.
Dit is goed nieuws, blijde boodschap, bevrijdende ervaring, kostbare overtuiging.
Natuurlijk kunnen de bijbelgeleerden dit alles uitvoerig uit de doeken doen en funderen. Maar ik vind het fijn, dat ik het hier eens heel kort en eenvoudig kan samenvatten: waarachtige bevrijding!