In Jack, de nieuwe roman van Marilynne Robinson, bloeit een verboden liefde tussen een blanke man en een zwarte vrouw. In het raciaal gesegregeerd Amerika van de jaren vijftig.
Jack Boughton en Della Miles zijn beiden kinderen van predikanten die in hun jeugd veel meekregen. Toch zijn de contrasten tussen de blanke Jack en de zwarte Della maximaal. Della is een voorname, jonge leerkracht die haar vleugels uitslaat. Jack heeft alles van een drankverslaafde nietsnut. Hij is dermate autodestructief en overtuigd van zijn eigen slechtheid dat hij het normaal vindt dat alles wat hij onderneemt wel moet mislukken – en daar heeft hij zich bij neergelegd.
Wat er precies verkeerd liep met Jack krijgen we in dit vierde deel van de zogenoemde Gilead-reeks van de Amerikaanse schrijfster Marilynne Robinson niet te lezen. Misschien is het waarom van de levenspijn van het hoofdpersonage ook niet echt relevant. Op uitvergrote wijze staat Jack symbool voor de talrijke mensen die, hopeloos en hulpeloos, het leven node ondergaan.
Uiteindelijk kan hij enkel maar vaststellen dat de liefde sterker is.
Della en Jack ontmoeten elkaar op een onmogelijk tijdstip op een onmogelijke plaats: het kerkhof waar beiden zich, per abuis, ’s avonds laat lieten opsluiten. Tijdens die langdurige, koude en donkere nachtelijke kennismaking is voor romantiek geen plaats. Toch gaat de jonge vrouw geleidelijk aan van Jack houden. Daar gaat heel wat tijd over heen. Steeds weer zet Della kleine stapjes. Bij Jack gebeurt er van alles. Hij voelt dat er iets gaande is, ook al durft en wil hij dit aanvankelijk niet geloven. Uiteindelijk kan hij enkel maar vaststellen dat de liefde sterker is. Della weet in hem de schoonheid en de goedheid, die er wel degelijk zijn, naar boven te halen. Met vallen en opstaan. Want het meeste dat Jack onderneemt mislukt uiteindelijk. Veel romantiek vind je niet in dit verhaal.
De obstakels die hun liefde moeten overwinnen zijn immens. Deze roman speelt zich af in de vijftiger jaren in de Verenigde Staten. Het was blanken en zwarten toen bij wet verboden met elkaar te trouwen. Dat was normaal, zo lijkt het in deze roman. Net zoals het gebanaliseerde racisme, de schrijnende armoede en het alomtegenwoordige geweld. Opvallend is de volstrekt niet oordelende wijze waarop Robinson deze schaduwkanten van de Amerikaanse samenleving beschrijft. Door haar onderkoelde schrijfstijl komt het ontmenselijkende van dat structurele onrecht paradoxaal genoeg des te sterker uit de verf.
Sterker dan de segregatiewetten en de evidentie van het racisme.
Jack is geen sociale roman. Wel een beklijvend liefdesverhaal. Het vertelt de onwaarschijnlijke dynamiek van de liefde tussen Jack en Della. Die liefde is sterker. Sterker dan de ellende en gebrokenheid in het leven van Jack. Sterker dan de weerstand van de familie van Della tegen deze objectief toekomstloze relatie. Sterker dan de segregatiewetten en de evidentie van het racisme. Die liefde doet hopen, tegen beter weten in. Ook al komt de lezer niet te weten of die hoop op termijn daadwerkelijk wordt vervuld.
Jack is een van de betere romans die ik de voorbije jaren heb gelezen. Voor mij is een belangrijk criterium hiervoor dat ik van de personages ga houden. Dit is hier beslist het geval. Robinson toont dat Jack, hoezeer hij ook beschadigd is, een mooi mens is. Dat geldt tevens voor Della wier ontwapenende goedheid en trouwe liefde telkens weer verrassen. Robinson neemt haar tijd om dit proces te beschrijven. Liefde is geen magie en de realiteit is traag.
De roman bevat een overdaad aan christelijk religieuze referenties. Het werd me bij het lezen van deze roman niet duidelijk hoe de schrijfster zich verhoudt tot het christelijk geloof. Wel is zonneklaar dat voor haar liefde de motor, de leessleutel, de toegangspoort en de bouwsteen is van het mysterie dat mens heet.