Jezuïet Bastiaan van Rooijen beet zich afgelopen jaar vast in juridische vragen van vluchtelingen. Ayman zal hij niet zomaar vergeten, die hij probeerde te helpen met zijn aanvraag voor gezinshereniging
‘Hé vluchtelingenwerk!’ Een paar weken geleden werd ik op de Dam in Amsterdam zo aangesproken. Een paar jongemannen waren aan het voetballen, allemaal met een migratieachtergrond. De jongen die mij hartelijk groette was één van de vluchtelingen die ik als vrijwilliger van Vluchtelingenwerk Nederland heb geholpen.
Een jaar lang werkte ik een dag per week mee in het juridisch team van Vluchtelingenwerk in Amsterdam. We hielpen mensen met hun vragen over gezinsherenigende immigratie. Gezinshereniging houdt in dat gezinsleden van vluchtelingen die in Nederland een verblijfsstatus kregen ook naar Nederland mogen komen. De basis hiervoor is het recht op familieleven, uit het Europese Verdrag voor de Rechten van de Mens. Als je familie hebt, moet je met hen kunnen samenleven.
Kan ik mijn vrouw/man/kind/ouder naar Nederland halen?
Ik hoorde ontzettend veel verhalen; soms gruwelijke, soms mooie, maar altijd ontroerende. Levensgeschiedenissen gekenmerkt door moeilijkheden, vervolging en door hoopvol zoeken naar een toekomst. Op een normale werkdag sprak ik met zo’n vijf mensen die bij onze organisatie aanklopten omdat ze vragen hadden. Soms waren dit eenvoudige vragen zoals: ‘Hoe verleng ik mijn verblijfsvergunning?’ Andere vragen waren ingewikkeld: ‘Kan ik mijn vrouw/man/kind/ouder naar Nederland halen?’ Bij het verlengen van een verblijfsvergunning ben je binnen vijftien minuten klaar en zie je iemand niet meer terug. Bij een aanvraag om familie naar Nederland te laten komen, ben je maandenlang bezig en leer je de aanvrager goed kennen. Veel verhalen en gezichten zijn mij bijgebleven.
Zo ook het verhaal van Ayman (gefingeerde naam) uit Afghanistan, die om hulp vroeg om zijn vrouw in Nederland te krijgen. Samen stelden we een mooi verhaal op, leverden bewijzen aan van identiteit, relatie, huwelijk en de mogelijkheid van integratie, een vast contract van twaalf maanden (vereiste van loon: kun je familieleden die komen financieel onderhouden?), enzovoorts.
Na anderhalve maand hard werken ging een dik pak papier de deur uit richting de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND). Daarna volgde een lange periode van wachten. Officieel duurt dit maximaal zes maanden, in werkelijkheid vaak negen maanden. Regelmatig belde ik, op verzoek van een zeer gespannen Ayman, met de IND of het dossier al ter hand genomen was. En toen kwam het besluit: Afgewezen.
Dat was een grote schok voor Ayman en ook voor mij. Weliswaar wist ik heel goed dat veel zaken worden afgewezen, maar echtgenotes uit Afghanistan werden regelmatig toegelaten. Wat bleek: de IND geloofde niet dat meneer en mevrouw getrouwd waren of een vergelijkbare relatie hadden. Kortom, leugens volgens de IND. Wie heeft er gelijk: meneer Ayman of de IND? Ik heb het verhaal van Ayman nog eens grondig doorgelezen.
Het is de zware taak van de IND om het juiste besluit te nemen
Al lezend begon ik te begrijpen waarom de IND twijfels had. Maar toch, wie te geloven? Ik weet het niet. Gelukkig was het mijn taak om de vluchtelingen bij te staan. Het is de zware taak van de IND om het juiste besluit te nemen. De mooie, maar ook zware taak van Vluchtelingenwerk en andere organisaties is het om gevluchte mensen bij te staan, ook in aanvragen met een klein succespercentage. Ayman’s verhaal is nog niet afgelopen. Hij heeft bezwaar aangetekend tegen het besluit met behulp van een door Vluchtelingenwerk aangeraden advocaat. En zo verloor ik de zaak uit het oog.
Tijdens dit jaar heb ik een groot ontzag gekregen voor de vele mensen die meewerken aan immigratie. Bij de IND werken geen monsters, wel mensen die met weinig tijd en met zeer strikt geïnterpreteerde regels ingrijpende beslissingen moeten nemen. Medewerkers van Vluchtelingenwerk Nederland en de vele andere organisaties zijn supergemotiveerd om mensen in de knel te hulp te komen. Dat verdient respect.
Op de woensdagen in de adventstijd brengen we verhalen van vluchtelingen – over hun duisternis, hun licht, hun verlangen en hun hoop.