Hoe kunnen religieuzen op leeftijd van een waardige oude dag genieten, passend bij hun bijzondere leefstijl? Een kennismaking met een klein en krimpend, maar belangrijk fenomeen: het kloosterverpleeghuis.
Op 9 januari plaatste Ignis een bijdrage over de communauteit in het Belgische Heverlee, waar jezuïeten samen oud worden. Een dergelijk huis bestaat ook in Nederland: het Berchmanianum in Nijmegen. Veel van wat er gezegd wordt over Heverlee is ook van toepassing op het Berchmanianum. Er zijn echter ook verschillen.
Het huis in Nijmegen is net als dat in Heverlee een voormalig studiehuis. Het is in 1929 geopend en als studiehuis in gebruik gebleven tot 1967. Vanaf die tijd is het huis bewoond door bejaarde jezuïeten. Het is een mooi huis, gebouwd door Joseph en Pierre Cuypers, schatplichtig aan de Amsterdamse School. In de loop der jaren is het huis aangepast aan de noden van bejaarden: de kleine kamers van de studenten werden doorgebroken, trapjes werden vervangen door glooiende hellingen, er werden liften gebouwd, er kwam een extra eetzaal voor bejaarden die geholpen moesten worden bij de maaltijd. Ook werd er een gesloten afdeling gebouwd voor acht personen, met eigen recreatiezaal, refter en kapel. In totaal ontstonden zo 65 kamers.
Iedereen in de gemeenschap leeft van dezelfde religieuze inspiratie
In de jaren zeventig van de vorige eeuw was het geen probleem deze te vullen met bejaarde jezuïeten. Langzaam nam dat aantal af en werd het huis ook opengesteld voor mannelijke religieuzen van andere congregaties en ordes. Aangezien zij eenzelfde achtergrond hebben bleef de sfeer van het huis behouden.
Die sfeer is ongeveer hetzelfde als beschreven wordt in het artikel over Heverlee: de bewoners kennen elkaar al jaren voordat ze samen komen wonen als bejaarden, soms hebben ze aan dezelfde school les gegeven, soms kennen ze elkaar vanuit een parochie, vanuit het bestuur, of misschien alleen maar van naam. Dat geldt ook voor missionarissen, die soms meer dan vijftig jaar in het buitenland hebben gewerkt.
Maar ieder heeft eenzelfde opleiding gehad, kent elkaars werk en leeft van dezelfde religieuze inspiratie. Samen eten in de refter is voor niemand een nieuwe, vreemde ervaring. De combinatie van samen eten, bidden en recreatie houden enerzijds en anderzijds de behoefte alleen te zijn op de eigen kamer is een levensstijl die de religieuzen, allen ongehuwd, hun hele leven al hebben gepraktiseerd. Aangezien men elkaar niet als vreemden beschouwt, is het ook gemakkelijker aan elkaar mantelzorg te verlenen.
Het grootste verschil met Heverlee ligt in de financiering. In België is het gehele project particulier. Dat is in Nederland niet het geval. Het Berchmanianum is al jaren een erkend kloosterverzorgings- en verpleeghuis (KVV). Nederland kent meerdere van dergelijke oorden.
Op de eerste plaats zijn het kloosters. Maar het zijn kloosters voor bejaarden. De verzorgings- en verpleegafdelingen zijn erkend door de staat, met alle rechten en plichten die daarbij horen. Dit betekent een hoop administratie, die een niet erkende instelling achterwege kan laten, maar het betekent ook dat de zorg extern door de inspectie wordt gecontroleerd, wat een extra waarborg is voor de kwaliteit.
Naarmate het aantal religieuzen afneemt zal het typische KVV verdwijnen
Een erkend KVV kan zelf selecteren wie wel en wie niet bij de doelgroep past. Wel zal het huis een voldoende aantal bewoners moeten hebben om te kunnen functioneren. Tot nog toe was dat geen probleem, maar binnenkort zal daar toch een einde aan komen. Het aantal bejaarde religieuzen loopt terug. Bovendien is de behuizing in het Berchmanianum niet conform de huidige eisen, althans wat betreft de woonkamers. Daarom is het huis verkocht aan de Radboud Universiteit Nijmegen.
De bewoners zullen verhuizen naar een appartementencomplex dat in de buurt wordt gebouwd. Aanvankelijk zullen zij het grootste gedeelte van het nieuwe complex bewonen, waar de komende jaren het concept van het Berchmanianum wordt voortgezet. De andere appartementen zullen worden opengesteld voor mensen die zich thuis voelen bij de sfeer van het huis.
Naarmate het aantal religieuzen afneemt zal een steeds groter deel van het huis door anderen worden bezet en zal het typische KVV verdwijnen. Zolang het nog bestaat is het een zegen voor velen.