Een kliniek die zich werkelijk richt op de hulpvragen van vluchtelingen, klinkt dat niet iets te mooi? Mariëlle moet haar gereserveerdheid laten vallen als ze dr. Cynthia Maung ontmoet.
Hoe zou het leven eruitzien aan de ‘rand van de wereld’, dat wil zeggen in of naast een conflictgebied? Zou het zien van oorlogsgetroffenen en hun leed mij verlammen of misschien juist activeren? Die vragen hielden mij bezig aan het begin van mijn reis naar Thailand in 2010. Nu in de afgelopen maanden het conflict in Myanmar weer is opgespeeld, word ik herinnerd aan deze reis naar het grensgebied tussen Myanmar en Thailand, en de Mae Tao Clinic die ik daar bezocht.
Deze mooie ‘slogan’ had ik vaker gehoord
Deze kliniek is in 1989 opgericht door dr. Cynthia Maung, een arts uit Myanmar. Met haar staf geeft ze er medische hulp aan vluchtelingen uit Myanmar. Ze is één van de duizend vrouwen die in 2005 een gezamenlijke nominatie kregen voor de Nobelprijs voor de Vrede.
De meeste vluchtelingen die de kliniek bereikten, waren Karen; een etnische minderheid uit de provincie Kayin, in het oosten van Myanmar. In deze deelstaat was het conflict tussen het bevrijdingsleger van de Karen Nationale Unie en het Birmese leger in volle gang.
De organisatie van de kliniek is sterk gericht op hulpvragen van de vluchtelingen zelf. Deze mooie ‘slogan’ had ik vaker gehoord, maar ik had ook gemerkt dat deze in de praktijk soms te wensen overliet. Ik was nieuwsgierig naar de insteek van dr. Cynthia, maar ook wat sceptisch.
De eerste medewerker die ik ontmoette was Saw Maw Kel. Hij leidde de prothese-werkplaats en verzorgde prothesen voor mensen die door een landmijn een ledemaat misten. Hij zei dat Karen mensen in de oerwouden van Myanmar een groot risico lopen op een landmijn te stuiten. De VN verstrekte deze mensen al jaren prothesen, maar dat waren grotendeels standaard prothesen, legde hij uit, een been met een voet eraan.
Toen er mensen met kiespijn kwamen, besloten ze een tandartspraktijk aan de kliniek toe te voegen
Dat was voor de getroffenen die naar de Mae Tao Clinic kwamen geen vooruitgang. Integendeel. Doordat ze in een heuvelachtig landschap leefden, hadden ze niet veel aan een onbeweeglijke voet die met 90 graden vastzat aan hun been. Daarentegen leverde Saw Maw Kel prothesen op maat. Hij maakte een afdruk van het been waar de prothese aan zou komen en zorgde dat de prothese werd afgestemd op het heuvelachtige landschap.
Bij het zien van de andere afdelingen werd gaandeweg duidelijk wat deze kliniek bijzonder maakte. Net als Saw Maw Kel, namen dr. Cynthia en haar andere collega’s de tijd om naar de mensen en hun hulpvragen te luisteren. Hun nood bepaalde de hulp die geboden werd. Toen er mensen met kiespijn kwamen, besloten ze een tandartspraktijk aan de kliniek toe te voegen. Later ontdekten ze dat sommige vluchtelingen niet goed konden zien en zochten ze volgens deze ‘methode’ naar een opticien. Door de bekendheid van de kliniek werden medische hulpverleners vrij makkelijk gevonden. Zo kwam een Amerikaanse tandarts elk jaar in zijn vakantie een maand naar de Mae Tao Clinic om te helpen.
Ondanks haar volle agenda, ontving dr. Cynthia Maung iedere bezoeker aan de kliniek. Ook wij werden uitgenodigd in haar werkkamer, waar het trouwens een komen en gaan was. Ze luisterde aandachtig naar onze verhalen. Zelf vertelde ze hoe ze Myanmar was ontvlucht en dat ze had gezien dat veel landgenoten met malariaverschijnselen de grens overstaken. Ze was begonnen hen te behandelen en dat is de start geweest van haar kliniek.
‘Als blijkt dat we niet meer nodig zijn, dan stoppen we ermee.’ Dat verwonderde mij. Ik was gewend te horen dat organisaties vaak vooral uit waren op uitbreiding, onderling vochten om financiering bij dezelfde sponsors en hun programma’s wat ombogen om hun bestaan zeker te stellen. Bij dr. Cynthia hoorde ik een ander geluid: daadwerkelijk luisteren naar de noden en dat bepalend laten zijn voor het bestaansrecht van de hulporganisatie.
Ze gebaarde naar haar buik en legde mijn hand erop.
Aan het einde van ons bezoek aan de kliniek zat ik buiten te wachten toen een meisje naast mij kwam zitten. Ze legde haar hand op mijn arm en keek me aan. Ik hoorde haar zware ademhaling. Ze gebaarde naar haar buik en legde mijn hand erop. Ik begreep dat ze ernstig ziek was. Zij sprak geen Engels, ik geen Birmees, maar ik had de indruk dat we elkaar verstonden. Haar aanwezigheid en haar adem vertelden me over het leven aan de rand van de wereld, waar ik niet alleen leed aantrof, maar ook warme nabijheid en een levenskracht die mij diep verraste.
De Mae Tao Clinic is helaas nog steeds nodig en heeft nog steeds dezelfde opzet. Onlangs was in een reportage van het NOS-journaal te zien dat sinds de militaire coupe nieuwe vluchtelingen uit Myanmar in Thailand aankomen en naar de kliniek van dr. Cynthia Maung gaan. “Mensen gaan nu niet met hetzelfde doel als in 1988 de grens over.”, zegt ze daarin. “Veel mensen willen nu wel teruggaan naar Myanmar om de strijd met het leger aan te gaan.”
Inmiddels is Mah Think King (zo heet het meisje dat naast me kwam zitten) met succes geopereerd en teruggegaan naar haar geboorteland Myanmar. Ik ben haar sindsdien uit het oog verloren. Maar onze ontmoeting zit in mij verankerd.
Afbeeldingen: Dr. Cynthia Maung, via de Mae Tao Clinic.