Achter blauwe vinkjes en weggeveegde profielen gaan échte mensen schuil. Een pleidooi voor verinnerlijking in tijden van ‘sociale’ media.
Eric Schmidt, topman van Google, kreeg in 2012 een eredoctoraat aan de universiteit van Berkeley in California. Hij bezwoer zijn ademloos luisterende gehoor van studenten ervoor te waken, dat de technologie niet de baas over hen zou gaan spelen. Daarom moesten ze dagelijks op zijn minst één vol uur het scherm van hun iPhones afzetten en een gesprek voeren met een vriend of vriendin, de ander in de ogen kijken, echt aankijken en praten met de ander, in een gesprek van hart tot hart. Ga met de mensen in je omgeving om als personen en niet als wegklikverschijnselen. Hij pleitte voor het gesprek als “a new skill”, een nieuwe vaardigheid, een opmerking waarmee hij gelach oogstte. “Dan zouden jullie gaan ontdekken dat jullie zelf en de mensen om je heen een eigen innerlijk hebben.”
“Uit de inwendige dingen moet onze kracht voortkomen”, schrijft ook Ignatius
Eric Schmidt treft het zwakke punt bij de jonge mensen van onze tijd: dreigende verarming van het innerlijk leven, een groeiend onvermogen tot geloof, hoop en liefde in de relatie met de mensen (en dus ook met God). Het hart is immers de plek bij uitstek waar God Zich openbaart en meedeelt aan de mens.
Het klassieke handboek van de christelijke spiritualiteit is De Navolging van Christus van Thomas à Kempis, uit de vijftiende eeuw. Het meest gebezigde woord in dat boek is ‘innerlijkheid’, en daarvan afgeleide termen als ‘innerlijk’, ‘innig’, ‘binnenste’, ‘inwendig’. Een eeuw later vormde het boek de hoofdbron van inspiratie voor Ignatius van Loyola, stichter van de jezuïetenorde. In een tijd dat de West-Europese mens de uitwendige werkelijkheid van de micro- en macrokosmos begon te doorvorsen, heeft de heilige Ignatius de inwendige werkelijkheid van het mensenhart ontdekt en de regels (her-)ontdekt van de onderscheiding van de geesten. Hij schrijft:
De innerlijke dingen zijn van veel groter belang dan natuurlijke en menselijke gaven. Het gaat om de inwendige dingen. Want daaruit moet de daadwerkelijke kracht voortkomen die ons moet leiden tot de uitwendige dingen en tot het door ons gestelde doel.
Ook de huidige algemeen overste van de jezuïetenorde Adolfo Nicolás heeft gewaarschuwd tegen het gevaar van geestelijke verschraling in deze tijden van ‘sociale’ media. Trivialiteit en oppervlakkigheid nemen wereldomvattende dimensies aan. Samen met de leken moeten de jezuïeten volgens hem de Kerk helpen om dieper te gaan dan oppervlakkigheden en banaliteiten. Het gaat over een charisma van diepgang, van innerlijkheid: een charisma dat uitnodigt om de hele persoon te vormen. Wij zouden innerlijke mensen moeten zijn.
Pater Jan Bots SJ is jezuïet en werkzaam als geestelijk begeleider. Zie ook: www.petruscanisiusstichting.nl.