Naziha Maher spreekt met Hiba – een Syrische – bij wie een agressieve tumor is uitgezaaid in haar lijf. Eerder verloor ze een dochter aan kanker. Hoe helpt de Islam haar omgaan met dit nieuws?
Hiba zat er heel sereen bij. Ook al had ze net te horen gekregen dat de agressieve tumor in haar borst uitgezaaid was naar haar longen en haar lever en dat haar dagen geteld zijn. Was ze in shock? Was het nieuws zo verpletterend dat het niet tot haar doordrong?
Het gesprek met haar zal me altijd bijblijven
Ik ken Hiba al ettelijke jaren. Ik leerde haar kennen vanuit mijn werk als ‘expert mensen met een migratieachtergrond’ bij Kom op tegen Kanker. Ik hielp haar bij het proces rond het sterven van haar oudste dochter (22 jaar), eveneens aan kanker. Nu sta ik haar opnieuw bij. Het gesprek dat ik met haar had nadat ze haar eigen diagnose heeft gehoord, zal me altijd bijblijven.
“Hetgeen me nu overkomt is niet makkelijk te bevatten. Het verlies van mijn dochter, in de fleur van haar leven, liet een diepe wond achter. Nu bloedt mijn hart omdat ik binnenkort niet meer in het midden van mijn gezin zal zijn. Ik hou me sterk omwille van mijn zoon en jongste dochter. Ik huil niet openlijk omdat ik niet wil dat mijn kinderen mij zien huilen. Ze hebben al zoveel ellende meegemaakt. Maar soms voel ik me helemaal verstikt omdat mijn verscheurde hart zo naar mijn oudste dochter verlangt.”
“Nu ik opnieuw geconfronteerd word met de dood, ben ik er toch van overtuigd dat we elkaar weer zullen zien. Tegelijkertijd ga ik ook door een ontkenningsfase. De ontkenning is zo sterk dat ik het een ‘rahma’ zou noemen: een uiting van de liefde van Allah. Alsof Allah mij met zijn Liefde wil beschermen tegen het besef dat ik ga sterven. Ik kan mijn heengaan, mijn nakende dood gewoonweg niet bevatten. Dat had ik bij mijn dochter ook.”
“Ik ben dankbaar voor de kans die ik krijg om afscheid te nemen van mijn kinderen en put mijn kracht uit soera Al-Kahf (soera 18), de soera over de profeet Mozes. (Soeras zijn verzen uit de Koran, nvdr) Dat is een heel mooi verhaal.”
“De boodschap van deze soera is dat je nooit mag twijfelen aan de bedoelingen van God/Allah en dat je geen oordeel kan vellen over mensen of toestanden door alleen naar de buitenkant ervan te kijken. Moet ik God verwijten dat hij mijn oudste dochter heeft afgenomen en nu mezelf tot zich wil nemen? Nee, dat wil ik niet. De reden waarom iemand ziek wordt, een ongeluk heeft of sterft, is altijd een gevolg van een andere handeling of gebeurtenis. Wij zullen ook nooit achterhalen waarom God zulke dingen laat gebeuren. Wij kunnen alleen proberen Gods wijsheid te begrijpen. Daarom kunnen we ook niet twijfelen aan God.”
“Het is als een steen die je in het water gooit. Hierdoor ontstaan rimpelingen en cirkels op het water, maar je weet niet waarheen die cirkels uitdijen. Dat is voor ons onzichtbaar. Toch zijn wij daar ontzettend nieuwsgierig naar en het liefst zouden we ook het onzichtbare willen beheersen. Alleen is ons denkvermogen hiervoor beperkt. De confrontatie met verlies en lijden maakt dat geloof anders, maar zeker niet zwakker. Soms vraag ik me wel eens af waarom al de mensen in mijn omgeving gestorven zijn. Ik heb het gevoel dat ik een mes ben dat geslepen wordt. Ik kan me blijven pijnigen met gedachten als: ‘indien dit niet was gebeurd, dan misschien…’. Maar ik hou me bewust niet bezig met die vraag naar het onbekende. Dat vind ik zonde van mijn tijd. Intussen lijd ik wel enorm. Het mes wordt geslepen en wordt scherper. Door pijn word ik rijper, als ik dat wil. En ik word ook gedwongen om dieper na te denken.”
“Ik heb geleerd dat ik alleen maar naar mijn inzet moet kijken en niet naar het resultaat. En dat is precies wat islam is. Ik heb geleerd om mij alleen bezig te houden met mijn inzet ten aanzien van mijn werk, ten aanzien van mijn medemens en ten aanzien van mijn omgeving. Dat is voor mij de ‘jihad an-nafs’, mijn persoonlijke jihad of strijd. Dat is mijn dagelijkse, persoonlijke inspanning. Daarmee moet ik me bezighouden en of het mij nu lukt om een goede baan te krijgen of een belangrijke positie in deze maatschappij te bereiken, is niet van belang. Het resultaat is minder belangrijk en ik hoef mij niet meer kapot te werken om mij trots te voelen.”
Als we tevreden kunnen zijn over Allah, dan hebben we vrede met onszelf
“Daarbij speelt ook het principe van ar-rida of tevredenheid. Ar-rida is één van de mooiste gradaties in de islam. Er is een vers dat zegt: ‘Allah is tevreden over hen en zij zijn tevreden over Hem.’ Voor mij is dit het summum van islam en helpt me ook bij mijn verwerkingsproces van mijn terminale ziekte. Want wie zijn wij om tevreden te zijn over Allah? Wij betekenen toch niets. En toch zegt Hij dat wij ook tevreden zijn over Hem. Op het moment dat wij als mensen, hoe nietig wij ook zijn, tevreden kunnen zijn over Allah, dan hebben we vrede met onszelf. Dan hebben we innerlijke vrede. En innerlijke vrede geeft je oneindig geluk. Of je nu heel rijk bent of heel arm, heel ziek of gezond. Of je nu de hele wereld in je bezit hebt of gewoon niets.”
Foto van Yoann Boyer via Unsplash