Andre Cnockaert sj ziet een wereld die haar geld – opnieuw – besteedt aan dure wapens. Maar er is hoop, schrijft hij. Als we Christus in ons geboren laten worden, komt de tijd dat we onze wapens omsmeden tot ploegscharen.
“Gij kent de tijd waarin we leven”, schrijft Paulus aan de christenen van Rome (Rm 13, 11). Hij zou het vandaag ook tegen ons kunnen zeggen. Of acht eeuwen eerder tegen de profeet Jesaja. Die kende ook de tijd waarin hij leefde: een tijd van oorlog en geweld – die trouwens zou leiden tot de ondergang van het koninkrijk Juda en naar de ballingschap in Babylon. In deze tijd heeft Jesaja een visioen waarin zijn hoop wordt verbeeld. Hoop op een wereld zonder oorlog en geweld waarin zwaarden tot ploegscharen worden gesmeed, geen mens nog zal leren wapens hanteren en iedereen zal wandelen in het licht van de Heer. (Jes. 2, 4-5)
De adventstijd in 2025 valt in het jubeljaar waaraan paus Franciscus zaliger het thema meegaf dat we als christenen pelgrims van hoop moeten zijn. Maar hoe kunnen we pelgrims van hoop zijn in een wereld waarin op welzijn en gezondheidszorg wordt bespaard maar wel geld wordt vrijgemaakt voor de aankoop van peperdure wapens? Met al die drones boven ons hoofd en nucleaire bedreigingen zijn we wel heel ver van een wereld waar zwaarden tot ploegscharen worden gesmeed en niemand meer leert wapens te hanteren.
We moeten leren wandelen in het licht van de Heer
En toch worden we als christenen uitgenodigd erop te vertrouwen dat een betere wereld mogelijk is. De nieuwe paus Leo XIV herinnert ons hier voortdurend aan in zijn toespraken. Daarvoor moeten we leren te “wandelen in het licht van de Heer”. Of, zoals Paulus zegt, ons “met Jezus Christus te bekleden”.
Advent leidt naar Kerstmis. Daar herdenken we niet zozeer iets dat vroeger ‘in illo tempore’ (in die tijd) is gebeurd. Met Kerstmis zouden we iets moeten vieren wat hier en nu in ons kan en eigenlijk zou moeten gebeuren door ons “met Christus (te) bekleden”. Dat betekent dat we Hem in ons geboren laten worden om ons tot pelgrims van hoop op een betere toekomst te maken.
Wij laten – in Christus gedoopt – God geboren worden in de wereld
Bernardus van Clairvaux noemt dit – naast de wederkomst – de derde komst van Christus die in het diepste van onszelf moet gebeuren. In een boekje met meditaties over de feesten van het kerkelijk jaar dat in 1541 in Antwerpen verscheen, gaat een anonieme geestelijke schrijfster daarop in. Zij spreekt over een “inwendige advent”. Eigenlijk zijn wij het die, in Christus gedoopt, God geboren laten worden in de wereld. Zo kunnen we Gods werkende aanwezigheid laten werken in een wereld die zijn liefdevolle reddende aanwezigheid meer dan nodig heeft!
Laten we tijdens deze adventstijd daar naartoe leven en verlangen, zoals die anonieme geestelijke schrijfster het zegt met woorden ontleend aan de grote Hadewijch: “De hoogste eer die wij aan God kunnen bewijzen is dat Hij geestelijk in ons allen wordt geboren.” Dit zal alleen gebeuren als we werkelijk leren “wandelen in Zijn licht” en luisteren naar Zijn Woord: “Want,” zegt ons de heilige Pierre Favre, medestichter van de jezuïetenorde, “elk Woord dat uit Gods mond komt, is als goddelijk zaad”. En de kracht van dat zaad “bewerkt dat God zelf als het ware in ons wordt geboren.”
Alleen als we die Kerstmis in ons laten gebeuren, kunnen we echte pelgrims worden van hoop in onze diep gekwetste samenleving.
Foto door ChatGPT