James Martin SJ las het document uit het Vaticaan over gendertheorie. Zijn kritiek erop leest als een warm pleidooi voor meer pastorale zorg voor lhbt-gelovigen.
In de afgelopen jaren heeft het Vaticaan regelmatig bezorgdheid geuit over de “gendertheorie” en de “genderideologie”. Het recente document van de Congregatie voor Katholiek Onderwijs, getiteld Mannelijk en vrouwelijk heeft Hij hen geschapen, is de meest uitgebreide behandeling tot nu toe. Het document is niet ondertekend door Paus Franciscus; het is niet bedoeld als het “definitieve antwoord”.
Voor sommige critici staat de gendertheorie ook voor een “ideologie”
Gendertheorie is een wat vage term. In grote lijnen verwijst deze naar de studie van geslacht en seksualiteit en hoe die twee realiteiten op natuurlijke (biologische) en/of sociale (culturele) wijze worden bepaald. Meestal betreft het de ervaringen van homo’s en lesbiennes, biseksuelen en transseksuelen, en van degenen die zich als “queer” identificeren; een andere vage term die kan betekenen (maar niet altijd betekent) dat men zich buiten categorieën als mannelijk of vrouwelijk, en homo- of heteroseksueel identificeert.
Voor sommige critici staat de gendertheorie ook voor een “ideologie” die zich aan anderen wil opleggen en sommige mensen, vooral jongeren, wil “aanmoedigen” of “dwingen” om hun eigen seksualiteit en geslacht in vraag te stellen en te herformuleren. In sommige kerkelijke kringen, vooral in ontwikkelingslanden, ziet men deze theorie als een vorm van “ideologisch kolonialisme” dat de westerse ideeën over seksualiteit en gender wil opleggen.
Het nieuwe document van de congregatie moet geprezen worden voor zijn oproep tot “luisteren” en “dialoog”. De ondertitel is belangrijk: “Op weg naar dialoog over de gendertheorie in het onderwijs”. De expliciete oproep tot dialoog zou iedereen moeten toejuichen. Het spreekt van “op weg”, wat aangeeft dat de kerk de bestemming nog niet heeft bereikt. Het richt zich op de gendertheorie in het onderwijs en is dus vooral gericht op docenten en opleiders, met inbegrip van diegenen die verantwoordelijk zijn voor de opleiding van priesters en leden van religieuze ordes.
Een ander positief aspect van dit document is de duidelijke oproep om “ieder mens in zijn eigenheid en verschil te respecteren” en het verzet tegen “pesterijen, geweld, beledigingen of ongerechtvaardigde discriminatie”.
De conclusie van het document spreekt over de weg van de dialoog, laat ruimte voor verdere ontwikkelingen en vermijdt de harde taal van andere uitspraken uit het Vaticaan over seksualiteit en vooral over homoseksualiteit.
Laat mij, als pastor onder lhbt-gelovigen, dan ook maar de respectvolle dialoog aangaan waarom wordt gevraagd.
Deze traditionele visie wordt tegengesproken door biologen en psychologen
Wat stelt de Congregatie voor? In essentie, en niet verrassend, herhaalt het document de traditionele katholieke visie op seksualiteit: mannen en vrouwen worden (als heteroseksuelen) geschapen met vaste seksuele en genderrollen. Deze traditionele visie wordt echter tegengesproken door wat de meeste biologen en psychologen nu begrijpen over zowel seksualiteit als gender. Deze hedendaagse ontwikkeling is door de congregatie niet in de beschouwing betrokken.
De kern van het argument van de Congregatie ligt in dit begrip van het geslacht: “Deze scheiding [van seksualiteit en geslacht] ligt ten grondslag aan het onderscheid dat wordt gemaakt tussen verschillende ‘seksuele geaardheden’, die niet langer worden gedefinieerd door het seksuele verschil tussen man en vrouw, maar die andere vormen kunnen aannemen die uitsluitend worden bepaald door de individuele mens, die als absoluut autonoom wordt beschouwd.”
Een bezwaar tegen deze stelling is dat het de werkelijke ervaring van lhbt’ers. In feite lijken de belangrijkste gesprekspartners van het document filosofen, theologen en oudere kerkelijke documenten en pauselijke verklaringen te zijn – geen biologen of wetenschappers, geen psychiaters of psychologen, en geen lhbt’ers en hun families.
Waren er meer mensen in de dialoog betrokken geweest, dan had de Congregatie waarschijnlijk ruimte gevonden voor het inmiddels algemeen aanvaarde inzicht dat seksualiteit niet gekozen wordt door de persoon, maar onderdeel is van de manier waarop mensen worden geschapen.
Voor een document dat zo sterk (zij het impliciet) steunt op de wetten van de natuur, is het vreemd dat het voorbijgaat aan wat we steeds meer begrijpen van de natuurlijke wereld. Daarin zien we dat mannen en vrouwen zich aangetrokken voelen tot hetzelfde geslacht, dat mannen en vrouwen gedurende hun hele leven een verscheidenheid aan seksuele gevoelens koesteren en dat mannen en vrouwen zich niet meer gebonden weten als het gaat om seksualiteit en, soms, zelfs geslacht.
Geslacht wordt ook biologisch bepaald door genetica, hormonen en hersenchemie
De Congregatie suggereert ook dat discussies over genderidentiteit een bewuste genderkeuze door een individu met zich meebrengen. Maar mensen die transseksueel zijn melden dat ze hun identiteit niet kiezen, maar deze ontdekken door hun ervaringen als mens in een sociale wereld.
Het document is vooral gebaseerd op de overtuiging dat gender uitsluitend wordt bepaald door de zichtbare genitaliën, waarvan de hedendaagse wetenschap heeft aangetoond dat het een onjuiste (en soms zelfs schadelijke) manier is om mensen in categorieën in te delen. Geslacht wordt ook biologisch bepaald door genetica, hormonen en hersenchemie – dingen die niet zichtbaar zijn bij de geboorte.
Het meest ongelukkige aspect van dit document is de manier waarop de congregatie transgenderpersonen begrijpt. Overweeg deze passage: “Deze overgang tussen mannelijk en vrouwelijk leidt uiteindelijk tot een ‘provocerende’ demonstratie tegen de zogenaamde ’traditionele kaders’, een demonstratie die voorbijgaat aan het lijden van hen die te maken hebben met situaties van seksuele onbepaaldheid. Soortgelijke theorieën hebben tot doel het begrip ‘natuur’ (d.w.z. alles wat ons is gegeven als een reeds bestaand fundament van ons zijn en handelen in de wereld) te vernietigen, maar tegelijkertijd herbevestigen ze impliciet het bestaan ervan.”
In deze formulering zijn transgenders “provocerend” en proberen ze bewust of onbewust “het begrip ‘natuur’ te vernietigen”. Vrienden en familieleden die een transseksueel hebben begeleid door hun zelfmoordpogingen heen, hun wanhoop om zich aan te passen aan de grotere samenleving of hun aanvaarding dat God hen bemint, zullen deze zinsnede onthutsend en zelfs beledigend vinden.
De Congregatie lijkt oprecht in haar uitnodiging
Het document zal hoogstwaarschijnlijk bijdragen aan een groter gevoel van isolement, een groter gevoel van schaamte en een grotere marginalisering van degenen die al gemarginaliseerd zijn in hun eigen kerk: transgenderpersonen.
Laten we terugkeren naar het positievere aspect van dit document op langere termijn: de oproep tot luisteren en dialoog. De Congregatie lijkt oprecht in haar uitnodiging. De kerk leert, net als de rest van de samenleving, nog steeds over de complexiteit van de menselijke seksualiteit en gender. De volgende stap zou dus kunnen zijn dat de kerk luistert naar de reacties en ervaringen van degenen die het meest direct door dit document worden getroffen: de lhbt’ers zelf.
Laat de dialoog beginnen.
Dit artikel verscheen in America Magazine.
Vertaling en bewerking: Jan Peters SJ.
James Martin SJ is jezuïet, priester te New York en auteur van diverse bestsellers over spiritualiteit. Hij is redacteur en columnist van het katholieke tijdschrift America.