Weerloos waren de onnozele kinderen die Herodes zonder pardon liet ombrengen. Hoeveel is er veranderd? Nog zijn velen ‘kind van de rekening’.
De naam van het kerkelijk feest op 28 december is wat het woord zegt: ‘onnozele kinderen’. Wat is dat precies, en wie noemt kinderen onnozel? Ons taalgebruik roept iets anders op dan wat hier bedoeld wordt. Onnozel is dom, maar hier gaat het niet om domme kinderen, nee zelfs nog voor zij als dom konden worden beschouwd gaat het hier om de kinderen van Betlehem, die wreed vermoord werden omdat er onder hen een koningskind zou zijn dat Herodes naar de kroon zou gaan steken.
Misschien kan Herodes onnozel genoemd worden
Zonder pardon werden kinderen, jong en kwetsbaar nog, het slachtoffer van een onbarmhartig heerser die zich bedreigd voelde zonder precies te onderzoeken door wie eigenlijk en hoe dan. Hij vergreep zich aan kinderen – ze waren kansloos.
Misschien kan Herodes onnozel genoemd worden, en kunnen de kinderen beschouwd worden als de eerste martelaren die moesten vallen om het geloof in Jezus te vestigen. Argeloos, onwetend nog, zonder de geringste schuld – gezwijge nog wat het voor hun ouders betekende.
De kindermoord heeft geschiedenis: de farao laat de snelgroeiende Joodse bevolking beperken door de opdracht aan de vroedvrouwen de pasgeboren jongetjes in de Nijl te laten gooien. De vroedvrouwen laten zich niet intimideren maar blijken machteloos: de farao slaat door. Alleen de zus van Mozes slaagt erin om zijn leven te redden, hetgeen de toekomst mogelijk maakt die Mozes tot redder zal doen uitgroeien. Hij voorspelt als het ware hoe ook Jezus ontkomt aan de kindermoord om net als hij uit te groeien tot redder.
Alleen op pad gestuurd, met twijfelachtige begeleiders en voor sommen geld
In onze serie in de Advent waren vluchtelingen het thema. Vandaag kunnen we aandacht geven aan de kinderen onder hen, die even argeloos en onwetend ingezet worden als wegbereiders voor hun ouders of familie, op bootjes, onherbergzame wegen, in weer en wind. Alleen op pad gestuurd, met twijfelachtige begeleiders en voor sommen geld die de hopeloosheid van de ouders bevestigen.
Wat gaat er in die kinderen om? Hoe vergaat het hen met hun trauma’s die gemakkelijk veroorzaakt worden door mensen die hen gebruiken voor hun eigen welzijn? Kinderen in vluchtelingenkampen zijn kwetsbaar, kinderen van vluchtelingen die zelfstandig op zoek moeten gaan naar overlevingskansen, soms vergezeld door broertjes of zusjes, misschien nog meer.
Gelukkig zijn er voorbeelden dat kinderen van vluchtelingen sterk genoeg blijken om tot leven te komen in nieuwe omstandigheden. Maar het driejarig jongetje dat op een Turks strand aanspoelde staat ook nog op ons netvlies. Zovelen zijn ‘het kind van de rekening’, schade die nu eenmaal ontstaat als een samenleving verstoord wordt door ongelijkheid. Iedereen hoopt op levenskansen, maar kinderen zijn weerloos als ze van hun levenskansen beroofd worden – en het zijn er zoveel.
Het evangelie hecht aan het beeld van het kleine zaad dat weerloos sterft om alleen daardoor tot leven te komen. Jezus laat de kinderen tot zich naderen om hen de handen op te leggen. Kinderen staan bij Hem hoog in het vaandel. Zo ook in psalm 127, die door mensenhandelaren nog eens gelezen zou mogen worden:
En misschien kan psalm 8 kan enig houvast bieden voor de ‘onnozele’ kinderen’ zelf: