In een van de armste wijken van Brussel opende twee jaar geleden een jezuïetencollege haar deuren. Twee derde van de leerlingen het Collège Matteo Ricci is van allochtone komaf. “Moslimouders voelen zich aangetrokken door de katholieke inslag.”
Als ’s ochtends om 8:00 uur de bel gaat, schalt Franstalige rapmuziek via luidsprekers over het schoolplein van een nieuwe jezuïetenschool in Brussel. De leerlingen van twaalf jaar en ouder pakken hun tassen en lopen gezamenlijk richting hun klaslokaal. Een nieuwe schooldag is begonnen.
Een nieuwe school om minderbedeelde gemeenschappen te bereiken
In september 2019 opende het Collège Matteo Ricci zijn deuren in een van de dichtstbevolkte en armste wijken van Brussel. Hier wonen migrantengezinnen van over de hele wereld. De meeste leerlingen van de school hebben een Arabische achtergrond. Anderen zijn van sub-Saharisch Afrikaanse of van Europese komaf.
Het Collège Matteo Ricci, gelegen tussen een daklozenopvang en een druk tramstation, schept hiermee een precedent. Want de leerlingen van Europese jezuïetenscholen zijn van oudsher vooral afkomstig uit gezinnen met een gemiddeld tot hoog inkomen. De jezuïeten in Franstalig België wilden een nieuwe school oprichten om minderbedeelde gemeenschappen te bereiken, maar ze wilden ook graag in contact komen met “mensen met een andere culturele en religieuze achtergrond”, aldus Alain Deneef, oprichter en tegenwoordig bestuurslid van de school. Het leeuwendeel van de scholieren op het college is moslim.
“Als ik het tot de kern terugbreng”, zegt hij, “dan is ons doel het opleiden van de toekomstige elite van de moslimgemeenschap in Brussel.” Deneef voegt eraan toe dat zowel de stad als het land hun leiderschap en bijdragen in de toekomst hard nodig zullen hebben.
Radouane Nadja, een van de twee bestuursleden van de school, spreekt de taal van de straat en is op de hoogte van de laatste nieuwtjes die popartiesten op hun Instagramaccounts verspreiden. Het maakt hem een gezagsfiguur waar de Brusselse jeugd op het college zich mee kan identificeren. “Ik geef de jongeren die ik tegenkom mee dat ze trots moeten zijn op waar ze vandaan komen en dat ze hard moeten werken.”
De Belgische beroepsbevolking telt maar weinig onderwijsprofessionals met een migrantenachtergrond
De eerste keer dat Nadja over de opening van het Collège Ricci hoorde, was toen hij in het café van zijn neef zat en aan de overkant van de straat een spandoek van de school zag hangen. Hij besloot te solliciteren. Nu is hij een van de drie schoolmedewerkers met een migrantenachtergrond op een totaal van dertig. Ter vergelijking: ongeveer twee derde van de leerlingen is van allochtone komaf.
Het bleek heel lastig om kandidaten van Arabische of Afrikaanse afkomst te vinden met de juiste kwalificaties voor een baan op de nieuwe school. Het is tekenend, want precies daarom is het Colllège Matteo Ricci opgericht. De Belgische beroepsbevolking telt maar weinig onderwijsprofessionals met een migrantenachtergrond, zeker als je dat vergelijkt met het deel van de bevolking dat ze vertegenwoordigen.
Tijdens zijn sollicitatie was Nadja overtuigd van de voordelen van onderwijs op een katholieke school in een land, waar men zich tegenwoordig meer op zijn gemak lijkt te voelen bij een seculiere cultuur dan bij het geloof. Maar veel moslimouders voelen zich juist aangetrokken door de katholieke inslag van de school. “We komen veel moslimouders tegen die zeggen: ‘hier vinden we niet alleen kwaliteitsonderwijs maar kunnen we ook over God praten’.”
De omgang met verschillende religieuze achtergronden is een uitdaging die Laurent Salmon-Legagneur sj, een jezuïet in opleiding en medewerker op de school, maar al te graag is aangegaan. Afgelopen december organiseerde hij een kerstviering. En hij vroeg Nadja om hulp.
“Broeder Laurent vroeg me of de soera die hij had gekozen uit de Koran geschikt was voor de viering”
Tijdens de kerstviering schreven de tieners op briefjes wat ‘vrede en hoop’ voor hen betekenen en hingen ze deze in een boom. Vervolgens werden er twee gebeden uitgesproken: het Onze Vader gevolgd door de eerste soera van de Koran.
“Broeder Laurent vroeg me of de soera die hij had gekozen uit de Koran geschikt was voor de viering,” zegt Nadja glunderend. “Hij hield rekening met leerlingen van andere religies, zonder dat ik of de leerlingen zelf ook maar om iets hadden gevraagd.” Voor Nadja was dit het bewijs dat het college inclusiviteit echt hoog in het vaandel heeft staan. “Het was een moment van echte samenkomst, prachtig,” zegt hij over de kerstviering. Zoiets had hij nog nooit op een Belgische school gezien.
In een vorig leven huisde het schoolgebouw de joodse school Maïmonides. Nog steeds zijn joodse symbolen en voorwerpen door de hele school te vinden. Het bestuur heeft besloten de meeste joodse symboliek te behouden. Zo ook de klaslokalen met Hebreeuwse namen. Als ouders of kinderen vragen waarom ze bij het binnengaan van de school worden begroet door een davidster, is het antwoord simpelweg dat het onderdeel is van de bestaansgeschiedenis van de school.
Een actieve inbreng van leerlingen bij het opstellen van regels op school
Naast het dienen van migrantengemeenschappen, een missie die aansluit bij het interculturele werk van naamgever Matteo Ricci sj in het China van de 16e eeuw, heeft het Collège Matteo Ricci ook andere gewaagde plannen. Er zijn verschillende experimentele initiatieven, zoals regelmatige meditatie, creatieve workshops, lessen geleid door twee leraren en actieve inbreng van leerlingen bij het opstellen van regels op school.
Oprichter van de school Deneef is ervan overtuigd dat vergelijkbare scholen ook elders in Europa voet aan de grond gaan krijgen. Er is immers behoefte aan. “De groei van migrantengroepen, en dan vooral de moslimgemeenschap, werpt de vraag op hoe we ervoor kunnen zorgen dat stadsbewoners met elkaar blijven communiceren,” zegt Deneef. “Iedereen weet dat onderwijs hiervoor de sleutel is.”
Dit artikel verscheen op 28 januari 2020 op de website en 17 februari 2020 in het tijdschrift van America Magazine.
Dit is het tweede deel van een tweeluik over jezuïetenonderwijs in Wallonië. In deel 1 beantwoordt Arlette Dister, coördinator van de jezuïetencolleges in Wallonië, de vraag of ignatiaanse pedagogiek nog van waarde is.