Aan het einde van de dag bezoekt een intense stilte Ben Frie. Broodkruimels en de resten van de dag spelen er hun rol in mee. Wie komt nog toe aan de ervaring van een stilte die gelukkig maakt?
Bladstil. De stad is leeg, stil, roerloos. Een ver vliegtuig, een auto en de tram. Maar dan de stilte. Een stad waar doorgaans levendigheid heerst, kinderstemmen, pratende passanten. Niets meer. Mijn omgeving lijkt een geschilderd decor. Komt er straks iemand op? Een redevoering, nerveus gedrag, er gaat iets gebeuren nu. Maar er is niets. Een insect vliegt voorbij. De resten van wat ik vandaag deed en at kijken me aan. Ze liggen er nog en dragen bij aan de stilte, die mij nu maant om erin mee te gaan.
Ik las met iemand in het Johannesevangelie. Fascinerend, zoveel diepgang, zoveel aankondiging van nieuw leven. Heel het Oude Testament zingt het lied mee van het nieuwe leven dat Jezus is. Het past in deze stilte. Het schemert, het tuinlicht springt aan. Moeiteloos herhalen zich de gelezen scenes in mijn stille decor. Ik ben in een stadstuin, waar Maria Magdalena zomaar binnen kan komen vanachter die struik. De engelen zaten al op haar te wachten. Nieuw leven, Maria, treur niet!
Graag hul ik mij in die stilte, want ze geeft geborgenheid
Weinigen komen nog toe aan de ervaring van die stilte die gelukkig maakt, tevreden. Het is goed, alles is wat het is, geen wil, geen nood om de werkelijkheid te manipuleren. Alles is stil nu, niet de stilte van de ingehouden adem, maar een geschapen stilte, om me eraan te laven, om even de computer uit te zetten, tenzij dan deze poging om even vast te houden wat er nu gebeurt. Absolute stilte. Geen blad beweegt. Graag hul ik mij in die stilte, want ze geeft geborgenheid. Misschien is ze ook onheilspellend, verontrustend, maar nee: dit is het nu. Het wordt mij geschonken: diepe rust. Ik mag zijn.
Verwijlen in stilte is heilzaam. Er zijn er tallozen die daar niet meer aan toekomen; social media, familiebanden, whatsapp. Heb ik nog wat ik had, of dalen de koersen? Gaat het wel lukken, die vakantie, zonder stress? De geruisloze vleermuizen scheren voorbij, waanzinnige snelheden ontwikkelen ze. Maar je hoort – niets. Zoals uilen die geen geruis meebrengen met hun vlucht om de muis niet te verrassen of gelegenheid te geven om te vluchten, razendsnel als ze zijn, die muizen.
Stress verwoest veel. Vervreemdt. Onteigent. Stilte heelt. Verzoent.
Ik zou me nu machteloos kunnen voelen. Ik zou kunnen schreeuwen, vuurwerk afsteken, maar dat zou een geweldpleging zijn te midden van deze stilte. Het is beter binnen te gaan in de stilte, niets meer te zeggen of denken zelfs. Geen zachte bries waar God in is, nee, enkel stilte. God of niet: stilte. Zijn. Mogen zijn. Leven ontvangen, opnemen, omarmen.
Stress verwoest veel. Vervreemdt. Onteigent. Stilte heelt. Verzoent. Leg zich neer bij wat is. Schoonheid, het geschapene. Ik daarin. Er blaft een hond. Hij hoort erbij. Maar onverstoorbaar blijft de stilte. Problemen te over, een wereld in ontelbare angsten. Hier nu even niet: de stilte kondigt aan dat alles is wat het is. Werkelijkheid. Nu. Ik. En het geheim van alle leven. Even doet niets er meer toe.