Ondanks al zijn zorgen en verantwoordelijkheden, onthulde paus Franciscus dat hij ’s nachts vredig slaapt. Zijn geheim? Sint Jozef.
Als je de paus van Rome bent kun je de mooiste kunstwerken in je kamer laten zetten: misschien wel een Madonna van Rafael of Leonardo, topstukken genoeg in het Vaticaan. Paus Franciscus koos voor iets anders. Op de onderstaande foto uit zijn werkkamer zie je een Madonna, met de cadeauverpakking er nog bij, een goedkoop gipsen beeldje van Sint Jozef met een staf met lelies en een slapende Sint Jozef.
Die slapende Sint Jozef had hij ook al op zijn kantoor staan in Buenos Aires toen hij nog bisschop was. Pater Antonio Spadaro, die het grote interview van september 2013 afnam, vertelde me dat de paus zelfs twee van die beeldjes heeft van de slapende Sint Jozef: één in de zitkamer en een ander in de slaapkamer. ’s Avonds aan het einde van de werkdag schrijft de paus zijn zorgen op een briefje, legt ze onder het beeldje van Jozef en gaat naar bed. En dan slaapt hij goed, ondanks alle zorgen en verantwoordelijkheden.
Over Sint Jozef weten we maar weinig. De evangeliepassages zijn kort en de rest is legende. In het Evangelie van Mattheus lees je dat Jozef door een engel in een droom gevraagd wordt Maria tot vrouw te nemen, hoewel ze al zwanger is. “Toen Jozef uit zijn slaap wakker werd, deed hij zoals de engel van de Heer hem had opgedragen.” (Mt. 1:24)
De paus beseft dat hij ondanks zijn hoge functie niets begrijpt van het grote mysterie dat God zelf is
Op de volgende bladzijde wordt Jozef in Bethlehem in een droom door een engel gewaarschuwd voor de komende vervolging door koning Herodes en gemaand om naar Egypte vluchten. “Hij stond op en nam nog die nacht met het kind en zijn moeder de wijk naar Egypte.” (Mt. 2:14). En nog een stukje verder herhaalt zich dat als het weer veilig genoeg is om terug te keren.
Blijkbaar heeft de paus veel vertrouwen in Sint Jozef. Of moet je zeggen, Paus Franciscus heeft vertrouwen in God en zijn engelen? Ik denk allebei. De paus beseft dat hij ondanks zijn geloof in God en ondanks zijn hoge functie niets begrijpt van het grote mysterie dat God zelf is – een mysterie waar hij zich als gelovige toch aan toevertrouwt.
Hij kijkt niet neer op het geloof van gewone mensen die heiligen en engelen nodig hebben als opstapjes naar het mysterie. Hij zou voor het slapen gaan kunnen kijken naar een echte Rafael, een Perugino of een Madonna van Bellini. In plaats daarvan gaat hij naar een heel gewoon beeldje van een slapende Sint Jozef en vertrouwt hij zijn zorgen toe aan de pleegvader van Jezus.
En terwijl hij zelf slaapt groeit het inzicht dat je niet kunt afdwingen maar dat je gegeven wordt. Gegeven door God zou je willen zeggen, maar dat klinkt zo hoog van de toren. Een boodschap van een engel, zeg je dan: gekomen in dromen die geen bedrog zijn.
Misschien bidt de paus wel met psalm 131:
Heer ik draag mijn hart niet hoog,
mijn ogen steken niet van trots;
ik ben niet uit op grootse daden
die mijn krachten te boven gaan.
Verstild ben ik en gerust:
geborgen als een kind bij zijn moeder
zo ben ik, als een kind.